Mijn nek is nog pijnlijk van gisteren bij All Time Low, maar 14 oktober sta ik toch weer in de rij voor een concertzaal. Na de vrolijke poppunk ga ik, compleet tegen de stroom in, naar de metalheads bij Alestorm in Doornroosje. Het enige wat de twee shows gemeen hebben, is een flinke dosis humor.
Metal & Humor
Nou, ik kan wel verder gaan vergelijken, maar met opener Aether Realm is al het vergelijkingsmateriaal overboord gegooid. De heren staan een stevig potje metal te spelen, waar het publiek ook meteen op reageert. Als het nou alleen een beetje hard was, dan was ik snel klaar geweest, maar gelukkig zat er al genoeg humor in de set. Zo moesten we onze subtielste metalhandjes laten zien, kwam Alestorm frontman Chris Bowes in een ham/bacon pakje even wat meezingen en vlogen de haren in het rond. Het was een goede opwarming, helemaal voor de nekspieren!
Het podium werd omgebouwd en we worden getrakteerd op een backdrop van een krab die trucjes uitvoert op een step. Dat voorspelt wat en Troldhaugen stelt niet teleur. Ik zou graag wat zeggen over de muziek, maar ik kom niet veel verder dan dat het een mengsel is van The Darkness en Enter Shikari, met een vleugje Russkaja tussendoor. De show zelf, daarentegen… Ik heb nog nooit zo hard gelachen bij een band, zelfs niet bij NOFX. De frontman staat in een strak zwart pakje met neongele buideltas op het podium (en ja, daar wordt regelmatig mee geschud), de drummer is een surfer dude inclusief dreads en de andere twee leden staan in een strak zilver pakje mee te deinen. Dit is nog veel hilarischer dan het klinkt. De frontman springt als een clown over het podium, de drummer is regelmatig aan het rammen zoals je zelf vroeger op de pannen van je moeder deed en de gitarist en bassist zijn regelmatig aan het huppelen. De muziek valt hierbij geheel in het niet, maar het klinkt in ieder geval geinig genoeg om de show aan te vullen. Aan kopstem geen gebrek en ook niet aan ingesproken tussenstukjes. Nu zijn ook de lachspieren goed opgewarmd.
Een storm van bier
We hebben de metal gehad, daarna de humor, wat is daar het logische vervolg op? Juist, humoristische metal! Dat betekent dus dat het tijd is voor Alestorm. Gelukkig zijn alle belangrijke spieren al opgewarmd, want de heren zelf slaan de opwarming over en knallen meteen zoals een bal uit een kanon. De moshpits zijn groot, de crowdsurfers veel en het bier vloeit uit de bekers wanneer deze over het publiek worden gegooid. Intussen wordt het podium vakkundig overgenomen door de piraten en vloeit ook daar de drank rijkelijk. De teksten zijn makkelijk te verstaan en daardoor ook goed mee te zingen (zelfs als je de teksten niet uit je hoofd kent), alle instrumenten zijn goed hoorbaar en het publiek maakt deze heilige drie-eenheid af.
Natuurlijk is er nog genoeg gebeurd dat niet voor zichzelf spreekt – zo zijn er verschillende walls of death, begint het publiek voor Bar ünd Imbiss gezamelijk ‘alle Duitsers zijn homo’s’ te scanderen, krijgt iedereen daarna een standje van Bowes en wordt drummer Pete Alcorn toegezongen voor zijn verjaardag, waarna hij de beste speech ooit houdt. Deze was niet te verstaan, maar zijn piraten dat ooit wel? In ieder geval, er zwemmen zelfs een aantal dolfijnen door de zaal en de (opblaas)ballen schieten in het rond, wat het een flinke zee-vibe geeft. Als afsluiter krijgt het publiek het compliment dat het “an audience” was en wil de band een nummer speciaal aan ons opdragen. Natuurlijk was dit Fucked with an Anchor, wat waarschijnlijk een goede metafoor was voor de hele avond.
Mijn zeebenen heb ik nog steeds niet teruggevonden, want de herinneringen aan deze avond golven nog steeds over me heen. Mijn lichaam voelt alsof het keelhauled is en het enige wat mijn keel nog kan redden is een flinke pot mede. Alle geintjes daargelaten: Alestorm is een band die iedereen een keer in zijn leven moet zien en met de voorprogramma’s erbij was het een avond om nooit meer te vergeten. Tenzij je een hangover hebt en het niet meer weet, natuurlijk.