Ik wil niet als een doorgeslagen academicus klinken, maar het leuke aan de tijd waar we in leven is dat we zo self-aware zijn. Dat is waarom we tegenwoordig discussies kunnen hebben over of 5 Seconds of Summer wel of niet poppunk is, maar dat is ook waarom Jarrod Alonge’s album Friendville (uitgebracht onder de naam Sunrise Skater Kids) precies op het juiste moment komt.
Of je het leuk vindt of niet, poppunk heeft heel veel cliches en een ideale luisteraar die ergens vroeg in de tienerjaren zit. Hier speelt Alonge mee op alle nummers en pikt er per nummer vaak één onderwerp uit. Zo gaat het nummer Pit Warrior over de agressieve mensen in de moshpit, Exposure Bank gaat over illegaal downloaden en fans die dit goedpraten, Trigger Warning gaat over de Tumblr cultuur en ga zo maar door. Niet alleen is het gewoon grappig dat overal zo hard de draak mee gestoken wordt, ook is het heel interessant om het allemaal op een rijtje te zien.
De sarcastische lyrics zijn eigenlijk de enige manier om erachter te komen dat dit een parodie-album is. De muziek klinkt namelijk precies als echte poppunk, met een paar uitstapjes naar metalcore en hardcore. Alonge is sinds zijn begin wel een stuk verbeterd, wat goed te horen is als je één van de eerste nummers (Pop Punk Pizza Party) naast de anderen legt (The Catchy One, Nothing Special). Hij heeft zijn genres ook flink uitgebreid, wat niet alleen te zien was in zijn vorige album (Beating a Dead Horse), maar ook in de nummers Pit Warrior (metalcore), Trigger Warning (tweede helft is melodic hardcore) en Exposure Bank (punk). Het leuke hieraan is dat alles alsnog bij elkaar lijkt te horen qua album, er is niet echt een nummer dat eruit springt omdat het er gewoon niet bijhoort. Alles klinkt als standaard muziek voor zijn genre, inclusief de vocals, het enige waar je wenkbrauwen van omhoog gaan zijn de teksten.
Jarrod kan dit natuurlijk… nou ja, in zijn eentje kan hij ook goede parodieën maken, maar met meer mensen is het altijd leuker en beter. Hij heeft al eerder samengewerkt met Patty Walters (As It Is), die ook op dit schijfje te horen is. Andere gasten zijn Set It Off’s Cody Carson, August Burns Red’s JB Brubaker, We Came as Romans‘ Dave Stephens en nog veel meer. Het zijn allemaal relevante bands in de scene en voegen ook iets leuks toe aan de verschillende nummers. Jarrod doet alleen zelf niet de vocals op het album – wat ook wordt aangehaald in het nummer Mother’s Milk, waar de echte vocalist (Varrick Jay van Insomniac) boos wordt op Jarrod en hem aanspreekt op de lyrics. (Fun fact: in Nothing Special, waar Patty in meezingt, wordt Patty ook boos op Jarrod omdat hij hem beledigd.)
Sommige nummers zijn rechtstreekse parodieën van bands, zoals NOFX (Exposure Bank), Mayday Parade (Rain on My Parade) en All the Old Things heeft rechtstreeks de muziek van vele bekende nummers gepakt. Dit maken deze (eigenlijk wel allemaal, maar vooral deze drie) een feest van herkenning. Muzikaal en tekstueel gezien is er bar weinig op het album aan te merken. Het enige echte minpunt is vooral dat je het album niet kunt luisteren als je snel beledigd bent of poppunk veel te serieus neemt. Jarrod doet dit zeker niet (net als bijna alle poppunk bands, ik bedoel, kijk alleen al naar Neck Deep) en het heeft een geweldig, hilarisch album opgeleverd met enorm veel lagen. Al ben ik wel beledigd dat er geen rechtstreekse parodie van All Time Low in te vinden is… wat? Noemde je mij nu een fangirl? Jij cis-gendered, lepelseksuele, pizza etende punker!
Cijfer: 9/10
Releasedatum: 1 april 2016
Label: –