Er zijn veel manieren waarop ik deze live review kan beginnen. Er was een invasie van Britse pop punk bands in de Amsterdamse Melkweg op 3 april. Als er aardbevingen zijn gesignaleerd in de buurt van Melkweg, dan kwam dat door het vele gespring bij de show. Om het maar even kort samen te vatten: 3 april waren WSTR, Creeper en Neck Deep in Melkweg te vinden en het was een groot feestje.
Weet je wat echt poppunk is? Je niet aan tijdschema’s houden. WSTR zou om half acht beginnen, maar toen ik rond die tijd op mijn gemakje binnenliep, bliezen de gitaren me al om de oren. Na snel een plekje te hebben gevonden op het balkon, kon ik goed zien wat voor een feestje er al gebouwd werd. De band was lekker actief op het podium en was veel met het publiek bezig, waardoor het publiek vanzelf een stuk werd opgewarmd. De eerste moshpit en crowdsurfers van de avond waren hier ook gesignaleerd, dus dat was een goed begin! Enige nadeel was dat de hoofdvocalen soms een beetje wegvielen, maar dat deerde niet heel veel.
Na WSTR was het de beurt aan Creeper, die ook eerder dan beloofd begonnen. Rond deze tijd was de zaal bijna volledig gevuld, dus maakte het een stuk minder uit. De band speelde een iets andere soort poppunk dan WSTR en Neck Deep, maar dit bleek weinig uit te maken. De golf van crowdsurfers bleef maar aanhouden en de eerste circlepit van de avond was een feit. Tijdens een nummer werd er verteld dat de track echt voor stagediven was en dat hun podium ons podium was. Nou, dat hebben ze geweten: het was bijna nummertjes trekken voor je kon stagediven! Jammer genoeg ging dit niet overal even goed en was er iets mis bij een meisje op de front row. Die is toen door de band op het podium gehaald, waarna ze de rest van de set achterop het podium mocht kijken. De band gaf haar water en hebben vaak gecheckt of het weer goed ging met haar. Hiermee heeft de band voor mij de Nicest Band in Pop Punk award gewonnen! Om dit gedeelte mee af te sluiten: de band klonk goed, had duidelijk plezier in het optreden en frontman Will Gould haalde al zijn uithalen, wat de set net dat beetje extra gaf.
Iedereen was goed opgewarmd, de mensen stonden klaar om te springen, het was een goede tijd voor Neck Deep om op te komen. Dit gebeurde tijdens een dramatische speech, wat best een aparte introductie was. Het duurde welgeteld tien seconden voor de eerste moshpit van de set een feit was en het publiek stond absoluut geen moment stil. De heren zelf ook niet: terwijl frontman Ben Barlow zichzelf minstens een dubbele hernia heeft geheadbanged en het hele podium heeft gezien, konden de rest van de leden er ook wat van en waren de poppunk sprongen er in overvloed. Over de leden gesproken, het leek er bijna op alsof Neck Deep geen vijf leden had, maar zes of zeven. Dit kwam vooral omdat er letterlijk continu crowdsurfers op het podium stonden.
Het is maar goed dat de vloer van de Melkweg zo stevig is, anders was hij zeker weten ingezakt. Buiten de crowdsurfers en moshpits was er namelijk ook nog een enorme circlepit, die bijna de hele vloer van de Oude Zaal besloeg. Barlow verwachtte, nee, eistte dat het publiek samen met de band sprong, zwaaide en klapte. Geen haar op iemand’s hoofd die er ook maar aan dacht om hem niet te gehoorzamen. Er was een goede mix van oude en nieuwe nummers, met zelfs een rustig momentje tijdens A Part of Me en Head to the Ground. Al in al was het een geslaagde avond, zeker voor de poppunkliefhebbers onder ons: de hele avond was een groot feestje, het was onmogelijk stil te staan en alle drie de bands hebben zich van zijn beste kant laten zien.