Het is inmiddels maandag en dat betekent dat alle edities van Slam Dunk Festival zo goed als over zijn. Wij waren bij de North editie van dit festival, op 28 mei 2016. Na flink bijslapen, in verband met de hele nacht doorhalen en een intens festival, zijn we nu klaar om onze indrukken aan jullie te vertellen! In totaal hebben we negen bands kunnen zien en hieronder vind je uiteraard een stukje over allemaal.
Na een flinke wachtrij om onze bandjes op te halen en het terrein op te kunnen, liepen we meteen richting de Mainstage om de tweede helft van Young Guns te kunnen zien. De band heeft niet al te lang geleden bekend gemaakt dat de drummer eruit is gestapt, dus dat is altijd spannend. Gelukkig was er weinig te missen, want de band deed het lekker! Het publiek moest nog wel even bijkomen van het lange wachten en deed niet uitbundig mee, maar zodra frontman Gustav Wood ze aanspoorde, gingen de handen wel omhoog. Er werd veel meegezongen, wat wel beter was, aangezien de vocalen bijna niet te horen waren. Het publiek is een stuk beter geweest bij andere shows, maar ook een stuk slechter, dus het was in ieder geval een goed begin van het festival.
Hierna was het tijd voor een flinke dosis poppunk bij de Key Club Stage. Hier waren later op de dag lange wachtrijen (net als bij andere podia die binnen waren), maar voor nu viel het nog mee. Het geluid was hier een stuk beter afgesteld en Hit the Lights en As It Is, die we beide achter elkaar hebben gezien, klonken dus ook een stuk beter. Het verschil tussen de oude en nieuwe poppunk kon bijna niet groter zijn: waar Hit the Lights niet heel actief op het podium stond, buiten frontman Nick Thompson en gitarist Kevin Mahoney, leek As It Is veel actiever en was de band over het hele podium aan het springen.
Helaas viel het publiek bij Hit the Lights ook een beetje tegen, waardoor ik minder van de set heb genoten dan dat ik eigenlijk wilde. Het leek erop dat veel mensen gewoon aan het wachten waren op As It Is en wat erna kwam. Dit was begrijpelijk, aangezien de wachtrijen dus erg lang werden naarmate de dag vorderde, maar de sfeer werd duidelijk een stuk beter bij As It Is. Deze band was ook meer bezig met het publiek, de bevelen werden beter opgevolgd, er werd meer gesprongen en als klap op de vuurpijl kwam ROAM’s Alex Costello nog even meezingen bij Cheap Shots & Setbacks.
Hierna was het snel door naar Gnarwolves, waarvan we helaas het merendeel hebben gemist. Dit kwam gedeeltelijk door de clash met As It Is (waar ik heel graag heen wilde, terwijl Jason Gnarwolves wilde), maar ook omdat het onmogelijk bleek de uitgang van de Key Stage en de ingang van Impericon Stage te vinden. De twee nummers die we hebben gezien zagen er daarentegen goed uit: de band nam zichzelf niet te serieus, het publiek was een chaos en de vloer was net zo plakkerig als de huid van iedere aanwezige. Zeker een aanrader als je de band een keertje live kunt zien!
Slam Dunk Festival had een primeur dit jaar: Yellowcard zou namelijk heel Ocean Avenue spelen. De band kwam te laat op, waardoor niet het hele schijfje gespeeld kon worden. Ook had hij last van het bekende euvel van de Mainstage: het geluid klonk verre van geweldig en de vocalen waren bijna weg. Gelukkig maakte dit weinig uit, aangezien het publiek de nummers uit zijn hoofd kende. Vooral titeltrack Ocean Avenue werd luidkeels meegezongen. Het was wel te merken dat dit het bekendste en meest geliefde nummer van de band was, want nadat deze track was gespeeld gingen veel mensen weg. De band had het wel naar zijn zin op het podium en je kunt met recht zeggen dat dit album een klassieker is en dat dit vaker gedaan mag worden.
Na even wat eten en drinken gehaald te hebben (ben je ooit in Engeland, dan raad ik ten zeerste de chips & cheese aan) was het tijd voor Mallory Knox, ook al op de Mainstage. Je zou geen moshpits verwachten bij de toch wat rustigere muziek van de heren, maar dan zou je het flink mis hebben gehad en mogelijk ook een ruige dood zijn gestorven. Er waren namelijk, zoals je nu ook wel verwacht, een flink aantal gigantische moshpits. Het viel te merken dat de band in zijn thuisland erg groot en geliefd is: alle nummers werden luidkeels meegezongen en de band maakte hier gretig gebruik van. Mallory Knox was ook onverwachts energiek op het podium, maar mocht je nog geen fan zijn geweest van de band, dan is dat ook niet gekomen na deze set.
Na Mallory Knox was het eigenlijk tijd voor The Qemists, maar die hadden helaas de dag van tevoren afgezegd. Dan maar Zebrahead, wat een uitstekende tweede keuze was! Deze set was niets minder dan een feestje en werd direct goed afgetrapt: het publiek moest bijna meteen op hun hurken gaan zitten en na een beetje aftellen allemaal tegelijk springen, wat ook gretig gedaan werd. De band speelde alle nummers snel en een beetje slordig, maar het feestje op het podium en op de vloer maakte dat meer dan goed. De award voor ‘raarste moment’ gaat naar de Pikachu en zijn vriendje die op het podium stonden, een biertje moesten chuggen en daarna weggestuurd werden om sex te hebben. De hoeveelheid crowdsurfers was zo intens dat er meer beveiliging moest komen om dit op te vangen en met alle praatjes tussendoor heeft Zebrahead laten zien dat de heren zeker weten van een party party houden.
Adempauze nodig? Gelukkig was er daar een akoestische stage voor. De headliner hiervan was The Rocket Summer en ook al had ik hier weinig van verwacht (akoestisch is niet mijn ding), toch was het fantastisch. Het stond zo vol bij deze stage dat je bijna geen adem meer kon halen, maar alles werd volop meegezongen. De set werd naar een hoogste niveau getild door de interactie van Bryce Avary met het publiek, de nummers die live in elkaar werden gemixt (hou in gedachten, hij was de enige op het podium), het nummer dat bovenop de bar werd gezongen en het feit dat het publiek verzoekjes mocht schreeuwen. Tel hier bij op dat Bryce ijzersterk klonk en het was een meer dan geslaagd feestje.
Elk festival moet helaas eindigen en dat gebeurt vaak met een headliner. Je raadt het al: wij waren als laatste bij Panic! at the Disco te vinden. De bekende problemen bij de Mainstage waren helaas niet opgelost, maar gelukkig kan frontman Brendon Urie’s stem ongeveer een hele stad doorkomen. Nummers van alle albums kwamen langs, Tegen de tweede helft van de set barstte alles echt los: Brendon praatte meer met het publiek en zijn bandleden, er kwam vuur uit het podium, de visuals werden naar een hoger niveau getild en de inmiddels bekende cover van Bohemian Rhapsody (“dit nummer hebben we net backstage geschreven“, aldus Brendon) zorgde ervoor dat welgeteld iedereen meezong. Helaas was het publiek verder niet zo uitbundig, wij stonden ongeveer halverwege de menigte en ik was zo ongeveer de enige in de buurt die vrolijk meesprong en danste. Ach, dat is hun verlies geweest, want Panic! at the Disco heeft laten zien waarom hij na meer dan tien jaar nog steeds victorious is!
Na het festival is er altijd een afterparty, waar wij ook heen zijn geweest. Mocht je ooit naar dit festival gaan, dan is de afterparty zeker een aanrader, aangezien er met drie zalen vol alternatieve muziek altijd wel iets bijzit voor je! Als je toch moet wachten op een vliegtuig, trein of bus, dan is dit wel de betere manier om je tijd te spenderen. Zo niet, dan is dit ook een goede manier om je festival te verlengen. Twijfel je nog of je volgend jaar wil gaan? Laat mij je helpen: ja, dat wil je. Ik zie je dan!
We zijn niet de beste fotografen en hadden ook geen fotopas (of een superdure fotocamera die bijna zelf op het knopje drukt als hij een perfect fotomoment ziet), maar toch hebben we met de camera die we wel mee hadden een paar mooie plaatjes kunnen schieten. Hopelijk hebben jullie er net zoveel plezier mee om deze te bekijken. Voel je ook vrij de foto’s overal waar je wilt te delen, bewerken of wat dan ook. Wel een vriendelijk verzoek om er in ieder geval wel credits en een linkje naar ons review erbij te zetten. Dankjewel!