Op een zonnige namiddag in september, de 26e om precies te zijn, begeef ik me in de trein naar een van de engste dingen die ik ooit zal doen. Als blackmetal-noob begeef reis ik af naar Tilburg, om in 013 getuige te mogen zijn van een beloofd twee en een half uur durende set van Satyricon. Nu zal ik vanavond enigszins snel onder de indruk zijn, maar wat er zoal is gebeurd, zal ik alsnog voor je samenvatten.
Een handjevol mensen heeft zich alvast in de zaal verzameld om de eerste opener van de avond te zien: Fight the Fight. De Noorse metalcore met een tintje deathmetal en een tintje lieve elektronische componenten verwacht in moderne punkrock is een aparte opener voor een band als Satyricon, maar de heren maken het meeste van het kleine stukje podium wat ze hebben gekregen. De band besluit de hardste nummers van zijn debuutalbum te spelen, zoals My Emperor. Wij als publiek zijn nog ietwat verlegen, maar dat weerhoudt de band er niet van om alles te geven wat hij heeft… En dat is te merken. Voornamelijk bij de vocalist komen de semi-clean stukken en aan het eind van de 30 minuten durende set er zwakker en scheller uit. Het instrumentele werk is echter strak en tip top in orde. Alles wat ik kan meegeven is dat de band in de toekomst wat meer van zijn eigen invloeden mag uitbuiten (zoals bij zijn take op Anitra’s Dance) om zowel een goed album neer te zetten, als het publiek allicht nog eens omver te blazen.
Hierna is het tijd voor bullet-belts en naakte torso’s: it’s thrash time, baby! Het viertal van Suicidal Angels uit Griekenland zet een komische indruk neer met een overduidelijk accent en aanmoedigende praatjes, maar ook een knaller van een set. De eerste moshpit komt langzaam op gang en richting het eind, bij Seed of Evil, is er zelfs een wall of death. Thrash is dan niet mijn ding op CD, maar deze liveshow bewijst wederom dat thrash live voor iedereen leuk is. Na een korte 40 minuten is het helaas al tijd om afscheid te nemen, maar ik weet dat ik deze band stiekem maar eens in de gaten ga houden.
Uiteindelijk is het tijd voor het fenomeen; de happening van de avond, en voor sommigen misschien zelfs van het jaar: Satyricon. Drummer Frost en frontman Satyr komen natuurlijk niet alleen en nemen vier kneitergoede muzikanten mee. De gelaagdheid die Satyricon biedt op CD, wordt ook angstaanjagend goed live naar voren gebracht. Nu wil ik eerst een stomme opmerking maken. Satyr is misschien wel de coolste gast in de metal. (Foto’s van coolere frontmannen zijn natuurlijk altijd welkom voor dit onderzoek). Satyr is de coole oom die je altijd al wilde hebben, en blijkbaar ook best wel een people pleaser: het publiek wordt volop bij de show betrokken, want waar de nummers van de band korte pauzes hebben, krijgen wij de taak om deze op te vullen met gejuich en geklap. Een wens die de menigte met alle plezier vervult. Er worden natuurlijk zat nummers van het nieuwe album (Deep Calleth Upon Deep) gespeeld, zoals de opener van de set, Midnight Serpent, Deep Calleth Upon Deep, To Your Brethren in the Dark en Burial Rite.
Tussendoor verdwijnt de band af en toe van het podium, maar om tien voor tien is het voor het eerst dat de lichten ook daadwerkelijk uit gaan en we ons zorgen moeten maken. Gelukkig komt de groep muzikale monsters niet alleen terug op het podium, ze spelen ook, onder immens luid gejuich, wat werk van het Nemesis Divina album. Bij de aanvang van Mother North begint een stuk blackmetal van extreem niveau waar ik zo naar hunkerde. Na dit moment is het publiek niet meer te houden. We moshen, we slaan, we hebben meer hoorns in de lucht dan een getalenteerd Indisch kind in korte tijd kan tellen en met nummers als K.I.N.G dienend als begeleiding van onze wilde partijen is dat ook niet heel moeilijk. Toch blijkt de show iets na tienen ineens afgelopen te zijn. Dit is niet de twee en een half uur die ons beloofd was en mensen zijn in de war. Het afbreken van het podium is helaas dan de bevestiging dat we allemaal naar huis mogen.
Deze avond in 013 heeft niet alleen voor mij als persoonlijke ontdekking gediend, het was blijkbaar ook een avond van verbroedering. Zelden zie ik een concert waarbij zoveel mensen een shirt van de band zelf aan hebben. Mensen leken oude bekenden tegen te komen en onder het genot van vliegend bier heb zelfs ik, de blackmetal-noob, een gevoel van thuis ervaren. Alle drie de acts, wisselend van metalcore, naar thrashmetal, naar blackmetal, hebben goed werk geleverd. Mocht ik deze namen in de toekomst ergens wederom tegen komen, dan weet ik waar ik kan feesten die avond.