Het is zondag 25 maart, de klok is een uur vooruit gegaan en we boekten net even 170 km per uur op de Duitse snelweg om in Oberhausen te komen. Wat doen wij in Oberhausen? Nou dat zal ik je even vertellen. Wij zijn hier voor Novelists, To the Rats and Wolves en Eskimo Callboy. Met zo’n line-up kan je natuurlijk een feestje verwachten.
Het feest word geopend door Novelists. Nou ja, dat is de bedoeling, alleen blijkt het publiek iets minder enthousiast te zijn over de band dan ik ben. Dat neemt echter niet weg dat de band een snoeiharde set neerzet. Niet alleen de set is snoeihard, maar het geluid ook en dat is eerlijk gezegd het grootste minpunt aan de venue. Het geluid staat te hard, er is een echo en de zang wordt overstemd door het instrumentele werk. Novelists krijgt na een paar nummers het publiek toch nog los en dat zorgt er voor een chillere sfeer.
Na een korte pauze is het tijd voor To the Rats and Wolves. Zodra de band begint te spelen barst het publiek los. Dit is iets dat ik in Nederland mis. Bij ons duurt het vaak te lang voor dat het publiek echt mee doet. Nee, Duitsers weten hoe zij moeten feesten en dat is goed te merken. De band vraagt het publiek zo nu en dan om dingen te doen (meezingen, gehurkt zitten, springen) en het publiek doet mee. Wat opvalt is dat het geluid, ondanks dat het nog steeds flink hard staat, beter is dan tijdens de eerste band. Dit zorgt voor een betere set dan de voorgangers en dat is fijn.
Dan is het aan Eskimo Callboy om de avond af te sluiten. Hoewel de tour opgedragen is aan zijn laatste album, The Scene, krijgen we genoeg ouder materiaal te horen. De set zit goed in elkaar en wordt gespeeld op een simpel podium met een stevige lichtshow. De live ervaring wordt compleet gemaakt met genoeg rook om je hele stad blauw te zetten, waardoor de lichten beter tot hun recht komen en je bijna alleen maar silhouetten ziet van wat er op het podium gebeurd. Het enige jammere is dat alles wat de heren tussendoor zeggen in het Duits is, en laten wij daar nou net helemaal niks van snappen.
Hoewel de verhaaltjes tussendoor ons dus niet als muziek in de oren klinken, doet de muziek dit toevallig wel. De anderhalf uur die de heren vullen worden gevuld met een prachtig totaal van 19 nummers. Frontmannen Sushi en Kevin vliegen continu over het aanzienlijk grote podium heen en weer zonder hierbij in stemgeluid achteruit te gaan, waardoor de energie die de muziek meebrengt nog beter overgebracht wordt op het publiek.
Voorafgaand aan de show was mij verteld dat deze bands weten hoe zij een feestje moeten bouwen. Dit hebben zij dus alle drie bewezen. Hierdoor was het zeker de reis naar Oberhausen waard en is het ook voor herhaling vatbaar. Mocht je ooit de kans hebben om deze band te kunnen zien, grijp die kans, je krijgt er zeker geen spijt van. Mocht je de kans hebben om naar Turbinenhalle te gaan, doe het, want het is een unieke ervaring die je je hele leven mee zal dragen.